Last onder dwangsom KPN: verplichte aankondigingstermijn zakelijk glasvezel

KPN levert met haar glasvezelnetwerken telecomdiensten aan bedrijven (Fiber to the Office, ook wel FttO). Via die glasvezelnetwerken kunnen aanbieders diensten aanbieden. Om bedrijven de mogelijkheid te geven te kiezen uit meerdere aanbieders op het glasvezelnetwerk van KPN, verplicht de Autoriteit Consument & Markt (ACM) KPN om op de netwerken toegang te verlenen aan haar concurrenten. ACM verplicht KPN daarbij om aan de andere aanbieders op haar netwerk op tijd aan te kondigen dat er nieuwe glasvezelaansluitnetwerken en -diensten worden geïntroduceerd. KPN mag tijdens die aankondigingstermijn klanten niet zelf al een aanbod doen. Op die manier staan alle aanbieders gelijk aan de start om te concurreren om nieuwe klanten.

KPN biedt aan ongeveer 380.000 adressen die nog geen glasvezelaansluiting hebben, diensten aan. De nieuwe glasvezelaansluitingen worden echter pas aan andere aanbieders bekend gemaak nadat KPN al contracten met de klanten heeft gesloten. ACM constateert dat er in die gevallen geen ruimte is voor concurrentie van andere aanbieders.

ACM heeft KPN een last onder dwangsom opgelegd om het telecombedrijf te dwingen uiterlijk 5 november 2013 aan andere aanbieders aan te kondigen welke glasvezeldiensten zij aanbiedt op de circa 380.000 adressen. Zo niet, dan riskeert het telecombedrijf een dwangsom van 50.000 euro per dag met een maximum van 500.000 euro.

Tegen deze last onder dwangsom heeft KPN bezwaar gemaakt bij ACM en een voorlopige voorziening aangevraagd bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). Tot het CBb hierover uitspraak doet gaat de last onder dwangsom nog niet in.