Acm.nl gebruikt cookies om het gebruik van de website te analyseren en het gebruikersgemak te verbeteren. Lees meer over cookies

Toezeggingsbesluit Landelijke Huisartsen Vereniging

Het Toezeggingsbesluit

Met dit toezeggingsbesluit reageert de Raad toewijzend op aanvragen voor het bindend verklaren van toezeggingen van de Landelijke Huisartsen Vereniging (hierna: LHV) en de 23 regionale LHV-huisartsenkringen. Deze verenigingen met volledige rechtsbevoegdheid betreffen ondernemersverenigingen. Hun leden zijn actief op het gebied van huisartsenzorg in Nederland. De in de aanvragen opgenomen toezeggingen zijn erop gericht te voorkomen dat zij zullen handelen in strijd met artikel 6, eerste lid, Mededingingswet. De regionale LHV-huisartsenkringen zeggen onder andere toe zich in de toekomst te onthouden van het adviseren van hun leden omtrent het wel of niet tekenen van aan hun leden door de zorgverzekeraar aangeboden huisartsenzorg-contracten. Ook zeggen zij toe niet met zorgverzekeraars te zullen onderhandelen over de beoogde voorwaarden in de huisartsenzorg-contracten die betrekking hebben op concurrentieparameters, behalve in twee specifieke omstandigheden indien artikel 6, derde lid, Mededingingswet van toepassing is. De LHV zegt onder andere toe zich in de toekomst te zullen onthouden van het faciliteren van de hiervoor beschreven adviezen en onderhandelingen.

Procedure

Het besluit is als ontwerpbesluit vanaf 15 oktober 2012 tot en met 26 november 2012 ter inzage gelegd. Belanghebbenden zijn in de gelegenheid gesteld een schriftelijke dan wel mondelinge zienswijze af te geven. Een week na afloop van de termijn heeft de Raad vastgesteld dat van geen van beide mogelijkheden gebruik is gemaakt. Op 4 december is het toezeggingsbesluit vervolgens ondertekend.

Het besluit zal, overeenkomstig artikel 3:44, eerste lid, onderdeel a, Awb, vanaf 11 december 2012 ter inzage worden gelegd. Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de rechtbank Rotterdam, sector bestuursrecht, postbus 50951, 3007 BM Rotterdam. De termijn voor het indienen van een beroepschrift is zes weken; de termijn vangt aan met ingang van de dag na die waarop het besluit overeenkomstig artikel 3:44, eerste lid, onderdeel a, Algemene wet bestuursrecht ter inzage is gelegd.

Het besluit en de bijbehorende stukken kunnen door belanghebbenden tijdens kantooruren worden ingezien ten kantore van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, Muzenstraat 81, 2511 WB te Den Haag. Op verzoek wordt gratis een afschrift van de ter inzage gelegde stukken verstrekt. Hiervoor kun u contact opnemen met Cosmin Nicolae, tel. (070) 330 3518.

 

Documenten

Zie ook

Meer in deze zaak