Acm.nl gebruikt cookies om het gebruik van de website te analyseren en het gebruikersgemak te verbeteren. Lees meer over cookies

Blog: Panta rhei, alles stroomt

Van links tot rechts valt steeds vaker kritiek te beluisteren over de verdeling van producten en diensten via “de markt”, waarmee eigenlijk wordt bedoeld de verdeling met een rol voor het prijsmechanisme van vraag en aanbod. Soms is de kritiek fundamenteel van aard en wordt het gebruik van de markt als zodanig aan de kaak gesteld (“de zorg is geen markt”; “nationaliseer energie”). Maar vaker is de kritiek met name gericht op de uitkomsten van de markt. De prijzen zijn te hoog (energie) of te laag (ongezond voedsel), of het aanbod is te hoog (online gokken) of te laag (zorg). Hoe dan ook, de oproep is dat de overheid snel ingrijpt en regie neemt. Nieuwe spelregels zijn nodig want de oude voldoen niet. Dat valt op zich goed te begrijpen maar de wetgevingsmolens draaien langzaam in Brussel en Den Haag. Dus zo snel gaat dat niet.

Niets is voor altijd

Het adviseren over spelregels en het houden van toezicht daarop behoren tot de kerntaken van de ACM. Maar ondanks jarenlange ervaring op dit gebied is de juiste verhouding tussen ondernemingsvrijheid en regulering nog steeds niet gevonden. Het blijft schipperen tussen de twee uitersten op dit spectrum. Verschillende tijden vragen ook om verschillende spelregels. Op het ene moment verstikt regulering ieder nieuw commercieel initiatief en loopt innovatie achter, op het andere moment zijn strengere regels noodzakelijk omdat de uitkomsten onwenselijk zijn.

Het is dan ook zinloos om te zoeken naar spelregels die voor eens en altijd goed zullen werken. Op het moment dat ze in werking treden, zijn ze meestal al verouderd. Dat is geen onkunde of onwil maar bijna een natuurwet. Vraag en aanbod en de context veranderen nu eenmaal continu. De enige oplossing is dat de spelregels en het toezicht soepel met die veranderingen kunnen meebewegen.

Neem het verlenen van vergunningen aan energieleveranciers door de ACM. Om de voormalige dure en logge energiemonopolies open te breken, moesten de spelregels nieuwe bedrijven met nieuwe business modellen een kans bieden. Dat heeft lang goed gewerkt. Nederland kreeg een concurrerende energiemarkt met lage prijzen. Maar de context veranderde. Sommige van die nieuwe bedrijven waren misschien wel fijn goedkoop, maar bleken toch niet zo solide. Bij flinke tegenwind vielen ze om. Dat leidde weer tot financiële problemen bij consumenten en veel maatschappelijke onrust.

Nu gaat het anders. Het voorkomen van faillissementen van energieleveranciers is terecht belangrijker geworden. De ACM stelt dan ook hogere eisen aan de financiële weerbaarheid en de bedrijven moeten meer solide plannen laten zien. Maar laten we ons geen illusie maken. De kans is aanwezig dat over een aantal jaar zal blijken dat in andere landen de prijzen voor consumenten lager zijn omdat energieleveranciers daar nieuwe businessmodellen kunnen uitproberen en de toezichtslasten lager liggen. En als dat zo is, dan moeten mogelijk de eisen mogelijk opnieuw worden aangepast. Dat is niet erg, dat is gewoon de werking van de natuurwet.

Tijdig inspelen op veranderingen

Spelregels en het toezicht daarop vergen dus permanente wendbaarheid. Maar omdat wetgevingsprocessen naar hun aard traag zijn, is hier een belangrijke rol weggelegd voor de toezichthouder. Als de spelregels zijn neergelegd in open (“principle based”) normen, kan de invulling van die regels meebewegen met wat nodig is om markten goed te laten werken. De vergunningverlening aan energieleveranciers is hier een goed voorbeeld van. Er was geen wetswijziging nodig om de touwtjes steviger aan te halen. In een democratische rechtstaat is het wel nodig dat eerst alle betrokkenen worden geconsulteerd over een nieuwe invulling. Er moet een goede onderbouwing zijn voor de wijziging en transparantie richting de samenleving. Net als goede communicatie daarover en een redelijke overgangstermijn zodat iedereen – mensen en bedrijven - de kans krijgt zich aan te passen aan de nieuwe werkelijkheid. Dit vergt ook dat de toezichthouder ogen en oren open houdt om veranderingen te signaleren en hierop inspeelt, zonder dat ieder incident tot een koerswijziging leidt.

Een wendbare toezichthouder is niet alleen maar leuk. Voorspelbaarheid en rechtszekerheid zijn namelijk ook belangrijk. Maar de snelle veranderingen in de buitenwereld maken het onmogelijk dat alles altijd hetzelfde blijft. Daar is uiteindelijk niemand bij gebaat. We zoeken daarom naar een balans tussen ondernemingsvrijheid en regulering, én een balans tussen wendbaarheid en voorspelbaarheid. Daarbij moeten we ons neerleggen bij het oud-Griekse adagium Panta Rhei, alles stroomt. De wereld verandert voortdurend en iedereen moet meebewegen.

Martijn Snoep, bestuursvoorzitter ACM

Portret Martijn Snoep
 

Zie ook