Rechtbank vindt goedkeuring ACM voor toerekeningsmethoden ProRail terecht
De rechtbank Rotterdam heeft op 28 januari 2022 de beroepen ongegrond verklaard van DB Cargo tegen de goedkeuring die de ACM heeft verleend aan ProRail voor de methode voor het toerekenen van de vergoeding voor het minimumtoegangspakket voor 2020-2022 (methode VMT) en de methode voor het toerekenen van de extra heffing voor 2020-2024.
Waar gaat de zaak over?
ProRail dient een methode te hanteren voor de toerekening van kosten aan de diensten van het minimumtoegangspakket. Het minimumtoegangspakket omvat de belangrijkste diensten die nodig zijn om een trein op het spoornet te laten rijden. De tarieven voor het minimumtoegangspakket worden door ProRail in rekening gebracht bij vervoerders die gebruik maken van het Nederlandse spoor.
ProRail heeft de ACM gevraagd om vooraf goedkeuring te verlenen van zijn methode VMT en de methode voor de toerekening van de extra heffing, waarop de ACM inderdaad goedkeuring heeft verleend.
Goederenvervoerder DB Cargo heeft tegen deze goedkeuring beroep ingesteld. Het bedrijf meent dat het als gevolg van de goedkeuringsbesluiten te veel gebruiksvergoeding moet betalen. DB Cargo heeft een groot aantal beroepsgronden aangevoerd, zowel formele als materiële.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond en gaat daarbij (vrijwel) volledig mee in het betoog van de ACM.
Er staat hoger beroep open bij het CBb.