Beslissing op bezwaar handhavingsverzoeken Warmtewet
In april 2014 hebben bewoners van de wijk Hoogeland te Naaldwijk ACM verzocht handhavend op te treden tegen woningcorporatie Vestia. De bewoners verzochten om handhaving omdat Vestia volgens hen een hogere prijs voor de levering van warm water in rekening brengt dan op grond van de Warmtewet is toegestaan. De bewoners kunnen niet overstappen naar een andere leverancier.
Bij besluit van 13 mei 2014 heeft ACM het verzoek tot handhaving afgewezen omdat er geen sprake is van levering van warm water. In de beslissing op bezwaar handhaaft ACM deze beslissing omdat het water op het moment dat het de woningen binnenkomt nog niet de geschikte temperatuur heeft om direct te worden ingezet voor huishoudelijke doeleinden, zoals douchen en ruimteverwarming. Het water moet, nadat het de woningen is binnengekomen, naar een hogere temperatuur worden gebracht via een in de woningen aanwezige individuele warmtepomp. De Warmtewet is volgens ACM daarom niet op de onderhavige woningen van toepassing. ACM is daarom niet bevoegd handhavend tegen de woningcorporatie op te treden. De bezwaarschriften van de bewoners worden ongegrond verklaard. Tegen de beslissing op bezwaar staat beroep bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven open.
Meer informatie over de warmtewet
Aanvulling 20-06-2017
De bewoners hebben beroep ingesteld tegen dit besluit. Dit beroep werd door het College van beroep voor het bedrijfsleven (CBb) gegrond verklaard. Het CBb oordeelt dat de Warmtewet wel van toepassing is op de woningen van de bewoners en heeft de beslissing op bezwaar vernietigd. De ACM heeft naar aanleiding van deze uitspraak een nieuwe beslissing op bezwaar genomen.