Acm.nl gebruikt cookies om het gebruik van de website te analyseren en het gebruikersgemak te verbeteren. Lees meer over cookies

Uitspraak CBb in zaak PostNL over oud artikel Postwet

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft vandaag uitspraak gedaan in het hoger beroep van PostNL in de zaak rond tarieven die PostNL rekende aan concurrerende postvervoerders voor het bezorgen van partijenpost. De Autoriteit Consument & Markt (ACM) had PostNL hiervoor een last onder dwangsom opgelegd. Daarop heeft PostNL zijn tarieven en voorwaarden aangepast. Het CBb heeft PostNL in deze zaak in het gelijk gesteld. Dat betekent dat de last onder dwangsom ten onrechte aan PostNL was opgelegd.

De rechtbank Rotterdam stelde de ACM eerder in het gelijk, maar volgens het CBb was er onvoldoende bewijs dat PostNL artikel 9, eerste lid, van de Postwet 2009 heeft overtreden. De zaak was gebaseerd op een non-discriminatieverplichting, die inmiddels niet meer in de Postwet staat. De ACM is de zaak gestart in 2015, toen deze wettelijke voorwaarden nog wel bestonden, op basis van klachten van postvervoerders. PostNL ging in hoger beroep in deze zaak. Vanwege langdurige juridische procedures is er nu pas een einduitspraak in deze zaak.

Achtergrond

De zaak gaat over partijenpost: post van ondernemingen, zoals dagelijkse post uit de postkamer of grote mailingen. PostNL stelde in 2014 dat concurrerende postvervoerders voor het verzenden van deze post de duurdere dienst Diverse Afzenderadressen (DivA) moesten afnemen. Na klachten van Van Straaten Post (VSP) en Intrapost (IP) legde de ACM een last onder dwangsom die dat verbood.

Lees de uitspraak op rechtspraak.nl

Zie ook