Acm.nl gebruikt cookies om het gebruik van de website te analyseren en het gebruikersgemak te verbeteren. Lees meer over cookies

Uitspraak rechtbank over boete aan investeringsmaatschappij

De Rechtbank Rotterdam bevestigt het boetebesluit van de ACM: investeringsmaatschappij Bencis is aansprakelijk voor een overtreding van de Mededingingswet door een dochtervennootschap.

Achtergrond en procedure

De ACM heeft in 2010 boetes opgelegd aan 14 meelproducenten omdat ze verboden kartelafspraken hadden gemaakt.

Tijdens de bezwaarprocedure hebben twee van deze meelproducenten aangevoerd dat de overtreding van Meneba door ACM niet is toegerekend aan de hoogste moedermaatschappijen. Dit was voor ACM mede aanleiding om een aanvullend onderzoek te doen naar de moedermaatschappijen van meelproducent Meneba.

Nader onderzoek gedaan naar moedermaatschappijen van Meneba

Meneba was in de tijd van de kartelafspraken in handen van twee private-equity-bedrijven. De ACM heeft vervolgens aan beide private-equity-bedrijven een boete opgelegd. De ACM vindt dat  de overtreding van Meneba was toe te rekenen aan deze twee private-equity-bedrijven. Een van deze private-equity-bedrijven (Bencis) is tegen deze boete in beroep gegaan bij de rechtbank.

Uitspraak van de rechtbank

De rechtbank oordeelt dat de overtreding van Meneba kon worden toegerekend aan Bencis en laat de boetes in stand.

De rechtbank vindt dat het leerstuk van toerekening (en ouderaansprakelijkheid) van toepassing is op investeringsmaatschappijen (private equity bedrijven). Ook bij investeringsmaatschappijen blijft de vraag of de dochterondernemingen zelfstandig hun gedrag bepalen of dat de moeder (het private-equity-bedrijf) beslissende invloed heeft op de dochterondernemingen.

De rechtbank komt tot de conclusie dat er bij Bencis sprake was van beslissende invloed en daarmee van één onderneming in de zin van het mededingingsrecht. De overtredingen van Meneba konden dan ook worden toegerekend aan moedermaatschappij, Bencis.   

Zie ook