Acm.nl gebruikt cookies om het gebruik van de website te analyseren en het gebruikersgemak te verbeteren. Lees meer over cookies

Uitspraak CBb over boetes van ACM aan persoon die ongevraagd software plaatste

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft op 10 april 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep in de zaken waarin ACM (destijds als OPTA) boetes had opgelegd aan twee personen die kwaadaardige software op computers hadden geplaatst. Het CBb heeft de boete aan de persoon die daadwerkelijk de software heeft geplaatst in stand gelaten. De boete voor de persoon die de financiering had verzorgd en de serverruimte had gehuurd was in beroep al geschrapt. Deze uitspraak is bevestigd in hoger beroep. Omdat de overtreding plaatsvond vóór 1 oktober 2009 kon deze persoon niet als medepleger een boete worden opgelegd. De Algemene wet bestuursrecht biedt deze mogelijkheid nu wel.

Deze personen maakten gebruik van een worm-virus om  via het chatprogramma MSN Messenger ongemerkt kwaadaardige software op computers te plaatsen. De argeloze gebruiker kreeg een link toegestuurd naar de kwaadaardige software via één van de contactpersonen uit zijn MSN-contactenlijst. De gebruiker dacht dat dit een persoonlijke boodschap betrof met een link naar een foto. Zodra hij de link opende, werd advertentie- en verspreidingssoftware op zijn computer geïnstalleerd. De volgende keer dat hij MSN gebruikte, kregen alle contactpersonen uit zijn lijst dezelfde link toegestuurd. Overlast als gevolg van kwaadaardige software is schadelijk voor het vertrouwen van consumenten in elektronische communicatie. Bovendien kost het de betrokken consumenten geld en tijd om de kwaadaardige software te (laten) verwijderen. Uit onderzoek blijkt dat de wereldwijde schade die door deze software werd veroorzaakt ongeveer € 17,5 miljoen bedraagt.

Meer informatie over de uitspraak

Zie ook