Koninklijke onderscheiding voor hoofdeconoom Jarig van Sinderen

Chief Economist Jarig van Sinderen van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) is benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Het lintje werd hem door burgemeester Leendert de Lange van Wassenaar opgespeld bij zijn afscheid van de ACM.

Prof. dr. Jarig van Sinderen is geridderd omdat hij zich jarenlang heeft ingezet voor economisch onderzoek en onderwijs, zowel in de wetenschap, de overheid als in nevenfuncties. Van Sinderen werkte als econoom in verschillende leidinggevende functies bij het ministerie van Economische Zaken, bij de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid en het Centraal Bureau voor de Statistiek. Sinds 2006 was Van Sinderen de eerste Chief Economist bij de Nederlandse Mededingingsautoriteit, die in 2013 opging in de ACM. Daarnaast is hij sinds 1991 deeltijd hoogleraar Economische Politiek aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Hij nam vandaag op 66-jarige leeftijd afscheid van de ACM.

Martijn Snoep, bestuursvoorzitter van de ACM: ‘Jarig heeft een belangrijke rol gespeeld bij het economisch onderzoek dat ten grondslag ligt aan veel van het werk van de ACM. Onder andere economisch onderzoek naar de schade van kartels en economische analyses van het effect van ingrijpen van de ACM. Hij heeft met zijn Economisch Bureau stevig gefundeerde economische inzichten en onderbouwing een vaste plek gegeven binnen de ACM.’

Impact van toezicht en beleid

Bij het symposium waar Van Sinderen ook afscheid nam, ‘Impact van toezicht en beleid’ is uitgebreid stilgestaan bij de impact die economische analyses hebben op toezicht en beleid. Er is daarbij een ontwikkeling te zien van zuivere economische analyses naar meer empirie en inzichten op het terrein van menselijk gedrag. Daarnaast was er aandacht voor de rol van economische modellen, bijvoorbeeld bijvoorbeeld bij fusies in de zorg. Economische en gedragsmatige analyses vormen vaak de basis van besluiten van de ACM. Bestuursvoorzitter van de ACM Martijn Snoep benadrukt dat impactvolle handhaving alleen mogelijk is met goed onderbouwde besluiten én met oog voor wat er leeft in de samenleving.