OPTA stelt definitieve interconnectietarieven 1 juli 1998-1 juli 1999 vast
OPTA stelt elk jaar de interconnectietarieven voor de komende periode voorlopig en voor de afgelopen periode definitief vast. Daarbij gaat het om de tarieven die KPN haar concurrenten in rekening mag brengen voor het gebruik van het net van KPN. Eind november stelde OPTA de voorlopige tarieven voor de periode 1 juli 1999 tot 1 juli 2000 vast. OPTA gaf toen aan dat over de definitieve tarieven voor de periode 1 juli 1998 – 1 juli 1999 een apart besluit zou volgen.
Als de interconnectietarieven over het tijdvak 1 juli 1998 – 1 juli 1999 worden vastgesteld op basis van een strikte toepassing van het tot nu toe gehanteerde model, zou dit hebben geleid tot een sterke stijging van de interconnectietarieven en daarmee tot aanzienlijke naheffingen bij de concurrenten van KPN. Volgens OPTA is dat niet redelijk. OPTA heeft in haar beslissing laten meewegen dat er in 1998 sprake was van schaarste aan interconnectieverbindingen. Omdat KPN’s concurrenten hun telefoonverkeer door de schaarste niet volledig ongestoord hebben kunnen afhandelen, vindt OPTA dat het onredelijk is hen te confronteren met tariefstijgingen achteraf.
OPTA wil het huidige systeem, op basis waarvan de interconnectietarieven worden vastgesteld, aanpassen. Dit moet tot gevolg hebben dat tariefstijgingen achteraf niet meer kunnen voorkomen en dat de interconnectietarieven voor langere tijd voorspelbaar worden.