Informele zienswijze betreffende concentratietoezicht: toepassing van het Nederlandse concentratietoezicht

Op 29 oktober 2010 is onderstaande informele zienswijze afgegeven betreffende de toepasselijkheid van het concentratietoezicht. Partijen hebben een voorgenomen overname gemeld bij de Europese Commissie (hierna: de Commissie). Deze heeft in een beschikking de zaak gedeeltelijk verwezen naar een nationale mededingingsautoriteit. Voor het overige gedeelte dat niet is verwezen heeft de Commissie onvoorwaardelijke goedkeuring verleend.

Partijen vragen de NMa om een bevestiging dat het voornemen om het goedgekeurde gedeelte van de concentratie te voltrekken, niet leidt tot de toepassing van het Nederlandse concentratietoezicht.

De NMa komt tot de conclusie dat de gedeeltelijke verwijzing geen consequenties heeft voor de exclusieve bevoegdheid van de Commissie ten aanzien van het gedeelte dat niet is verwezen. Daarbij ziet de NMa geen aanleiding om aan te nemen dat het voornemen van partijen verder reikt dan de eerdere goedkeuring van de Commissie. Afgaande op de door partijen overlegde informatie en gelet op de omstandigheden van het geval komt de NMa tot de conclusie dat de goedkeuring van de Commissie tot gevolg heeft dat het Nederlandse concentratietoezicht niet van toepassing is op de voltrekking van het reeds goedgekeurde gedeelte van de voorgenomen concentratie.