Uitspraak Rechtbank Rotterdam maximum kortingen kledingbranche Modint & NTC

Onlangs heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de beroepsprocedure die de betrokken partijen hadden aangespannen in de zaken Modint en NTC. De zaken betreffen algemene voorwaarden en betalingskortingen in de kledingbranche (Modint, zaak 2333) en identieke voorwaarden in de textielbranche (NTC, zaak 2374). Deze voorwaarden waren bij de NMa voor ontheffing aangemeld.

De NMa heeft deze ontheffing geweigerd, omdat de NMa het systeem van kortingen (betalingskorting, delcredere korting en omzetstimuleringspremie) in strijd achtte met de Mededingingswet. Het systeem houdt kort gezegd in, dat wanneer de zogenaamde NTKC-voorwaarden van toepassing worden verklaard op de verkoop van kleding aan inkooporganisaties en detaillisten de Modint-leden (zijnde kledingleveranciers) geen hogere korting kunnen geven dan de maximumkorting. De NMa heeft geoordeeld, dat de maximumkortingen in strijd zijn met de Mededingingswet, omdat iedere leverancier zelf moet kunnen bepalen welke korting hij geeft. Kortingen op prijsonderdelen zijn een vorm van een prijsafspraak en daarmee volgens de Mededingingswet verboden. In bezwaar heeft de NMa haar eerdere oordeel bevestigd.

De Rechtbank Rotterdam heeft in beroep geoordeeld dat genoemde kortingen de mededinging merkbaar beperken. Tevens heeft de Rechtbank bevestigd dat de NMa de ontheffing terecht heeft geweigerd. De Rechtbank bevestigt hiermee het eerdere oordeel van de NMa.

De uitspraak van de Rechtbank Rotterdam vindt u op rechtspraak.nl