Rechtbank wijst vorderingen TNT Post over postbezorging voorlopig af
Op 27 juli 2011 heeft de rechtbank Den Haag een voorlopige uitspraak gedaan in een zaak tussen TNT Post (nu PostNL) en OPTA. TNT Post is van oordeel dat OPTA onrechtmatig heeft gehandeld met de publicatie van haar oordeel over de overkomstduur van brieven in 2009 en eerdere uitlatingen over lopend onderzoek naar de postbezorging. TNT Post heeft daarom bij de Rechtbank geëist dat OPTA het oordeel van de website zou halen en zou rectificeren. Daarnaast eist TNT Post dat OPTA geen uitlatingen meer zal doen over onderzoek naar de postbezorging. Ook wil TNT Post een vergoeding voor de volgens hen geleden en nog te lijden (reputatie)schade, als gevolg van de publicatie en de eerdere uitlatingen.
De rechtbank heeft de genoemde eisen van TNT Post nu afgewezen, onder meer omdat ze bij de bestuursrechter een voorlopige voorziening hadden kunnen vragen om publicatie van het oordeel te voorkomen. Van deze mogelijkheid heeft het postbedrijf geen gebruik gemaakt. Verder constateert de Rechtbank dat TNT Post het bestaan van schade niet heeft onderbouwd en dat OPTA de gestelde onrechtmatigheid van de publicatie en uitlatingen gemotiveerd heeft weersproken.
Later dit jaar zal de Rechtbank nog een definitief oordeel geven over de rechtmatigheid van het handelen van OPTA en over de door TNT Post naar aanleiding daarvan gevorderde schadevergoeding.